Blogopmaak

Jouw en uw

Wanneer gebruik je nu jou en wanneer jouw? Hebben we allemaal vroeger geleerd, maar je komt er heel veel fouten in tegen, zoals je hierboven al ziet.

Als iets van jou is, is het jouw.  Dus: Ik geef jouw tas aan jou terug. De tas is van jou, dus jouw tas.
Hetzelfde met u en uw: U leest uw krant. De krant is van u, dus uw krant.

Omdat deze vormen erg op elkaar lijken en niet echt hoorbaar zijn, is het lastiger dan bij de andere vormen. Kijk maar:
De tas is van mij - mijn tas.    Lijkt ook op elkaar, maar je hoort het verschil.
De tas is van hem  -  zijn tas
De tas is van haar  - haar tas     Hier blijft het hetzelfde
De tas is van ons   -  onze tas   of:
Het boek is van ons   -  ons boek
De tas is van jullie   -  jullie tas
De tas is van hen  -  hun tas

Hulpmiddel (ezelsbruggetje) om het te onthouden: van is met w de v en w lijken tenslotte zoveel op elkaar...... 
Share by: